Module 3. Begrijpelijk communiceren

Home > Modules > Begrijpelijk communiceren

Leerdoel

Aan het einde van deze module weet je welke communicatietechnieken je kan toepassen bij laaggeletterden of zwangeren die moeite hebben om informatie te begrijpen tijdens (prenatale screenings)consulten.

Inhoud

Bespreek laaggeletterdheid respectvol

Als je een vermoeden hebt van laaggeletterdheid, zorg dan voor een vertrouwde sfeer, normaliseer het, en stel vragen op een respectvolle manier, zoals:

  • “Veel mensen hebben moeite met het lezen van dit soort folders, hoe is dat voor jou?” 
  • “Veel mensen hebben moeite met het invullen van formulieren, hoe is dat voor jou?”
  • “Helpt iemand je wel eens met het invullen van formulieren of het lezen van brieven?”
  • Als het nodig is, kan je, later – maar niet meteen – vragen naar het aantal jaar onderwijs dat iemand heeft gevolgd. Minder dan 10 jaar onderwijs of tot MBO-niveau 1 zijn aanwijzingen voor laaggeletterdheid.

Hoewel het belangrijk kan zijn om te weten hoeveel jaar onderwijs iemand gevolgd heeft, kan je hier beter pas op een later moment naar vragen. Met deze vraag kan je de zwangere namelijk schaamte toebrengen (door een gebrek aan gevolgd onderwijs) of het gevoel geven dat zij dom is.

Gebruik duidelijke taal

Duidelijke communicatie is extra belangrijk bij laaggeletterden. Hierna volgen een paar tips en trucs om duidelijk te communiceren.

Tips voor het taalgebruik:
  • Sluit aan bij het taalgebruik van de zwangere
  • Gebruik korte zinnen en gebruik eenvoudige taal
  • Voorkom uitstapjes in je verhaal
  • Wees zo concreet mogelijk, vermijd jargon, abstracties, en beeldspraak
Tips voor de hoeveelheid informatie:
  • Wees alert op overschatting: Geef de zwangere niet te veel informatie in één keer
  • Herhaal de belangrijkste punten en beperk die tot maximaal drie
  • Geef alleen informatie die cruciaal is voor het maken van de keuze ook al ben je dan niet volledig. Bedenk vooraf (bijvoorbeeld met je collega’s) welke informatie echt cruciaal is
  • Gebruik begeleidend beeldmateriaal
Tips voor het stellen van vragen:
  • Zend niet alleen informatie, maar stel open vragen en laat ook de zwangere aan het woord
  • Gebruik de terugvraagmethode (zie module 4): “Ik heb een heleboel verteld. Wat ga je thuis vertellen?”
    • Een variatie op deze terugvraag is: “Laten we samen eens doornemen wat je zelf thuis kan vertellen”. Je kan uiteraard (bijv. met je collega’s) nog andere varianten bedenken die je in de praktijk kan gebruiken
  • Gebruik de show-me methode: (zie module 4): “Ik heb je laten zien waar je de keuzehulp kan vinden. Kan je mij laten zien hoe je die thuis gaat opzoeken?”
    • Variaties voor de show-me methode zijn: “Laten we het nog een keer samen oefenen zodat je straks zelf makkelijk de keuzehulp kan opzoeken.” of “Laten we het nog eens samen doen, maar nu zo dat jij mij laat zien hoe je straks de keuzehulp opzoekt.” Je kan uiteraard (bijv. met je collega’s) nog andere varianten bedenken die je in de praktijk kan gebruiken
  • Eindig het consult met een open vraag zoals “Welke vragen heb je nog?” in plaats van “Heb je nog vragen?”
    • Variaties op deze open vraag zijn: “Waar wil je nog meer over horen?” of “Welke dingen zijn nog niet helemaal duidelijk?”. Je kan uiteraard (bijv. met je collega’s) nog andere varianten voor deze open vraag bedenken die je in de praktijk kan gebruiken
Twee algemene tips:
  • Verwacht geen basiskennis over ziektes en het functioneren van het lichaam
  • Neem de tijd!
Een voorbeeld

Je legt aan de zwangere uit wat de 13-weken echo inhoudt. De zwangere lijkt niet helemaal te snappen wat je uitlegt. Wat kan je in deze situatie doen?

  • Gebruik afbeeldingen om aan de zwangere te laten zien wat er precies gebeurt
  • Gebruik korte zinnen met eenvoudige taal bij je uitleg
  • Gebruik de terugvraagmethode om meer inzicht te krijgen in welke informatie wel of niet begrepen is
  • Vraag aan de zwangere wat ze nog meer wil weten met een open vraag zoals "Wat wil je er nog meer over weten?" of "Waar wil je nog meer over horen?"